-
Barbituraten hebben sedatieve en anticonvulsieve eigenschappen.
Ze kunnen worden ingedeeld in:
Ultrakortwerkende middelen (thiopental, hexobarbital)
Kort- en middellangwerkende middelen (pentobarbital, cyclobarbital, amobarbital, butobarbital, secobarbital)
Langwerkende middelen (fenobarbital).
De ultrakortwerkende middelen zijn geschikt als anaestheticum, de overige middelen worden toegepast als anti-epilepticum (voornamelijk bij kinderen). De toepassing van barbituraten als hypnoticum of anxiolyticum is obsoleet. Primidon is weliswaar geen barbituraat, maar wordt wel gemetaboliseerd tot fenobarbital.
Gelijktijdig gebruik van ethanol en geneesmiddelen met centraal-depressieve effecten leidt tot toename van toxische effecten.
Amobarbital, brallobarbital, butobarbital (Soneryl®), cyclobarbital, fenobarbital (Luminal®), hexobarbital, methohexital (Brietal), methylfenobarbital (Prominal®), pentobarbital (Nembutal®), primidon (Mysoline®), secobarbital, thiopental (Nesdonal®), Vesparax® (brallobarbital, secobarbital en hydroxyzine), vinylbarbital.
In Nederland worden de volgende barbituraten nog gebruikt:
Fenobarbital en primidon: toegepast bij epilepsie en bij neonatale onthoudingsverschijnselen (fenobarbital)
Vesparax: in buitenland nog verkrijgbaar
Thiopental en pentobarbital: klinisch toegepast bij hersenoedeem en (tentamen) euthanasia (thiopental)
Thiopental (Nesdonal) en pentobarbital (Nembutal) zijn in de auto's en praktijken van dierenartsen in grote hoeveelheden voorradig.
Geen opmerkingen.
Absorptie:
Barbituraten worden in het algemeen goed geabsorbeerd. Secobarbital wordt voor 90% geabsorbeerd; fenobarbital voor 70-90% en methylfenobarbital 50%. De absorptie wordt versneld indien het barbituraat wordt ingenomen op de lege maag of gelijktijdig met alcohol. Maximale plasmaconcentraties worden voor fenobarbital na 6 - 18 uur bereikt. (bij i.m. toediening na 1 - 2 uur).
Vd:
fenobarbital 0,75 l/kg,
pentobarbital 1 l/kg.
Eiwitbinding:
zie tabel
Eliminatie:
Barbituraten worden via oxidatief metabolisme omgezet in niet-actieve metabolieten, met uitzondering van thiopental dat wordt omgezet in pentobarbital en primidon dat wordt omgezet in fenobarbital. Een deel wordt onveranderd via de urine uitgescheiden. Het percentage is variabel: zie tabel.
Halfwaardetijd:
primidon: 6-8 uur (wordt omgezet in fenobarbital)
Overige:
zie tabel
Tabel 1: Kinetiekgegevens barbituraten
Stoffen |
Eiwitbinding |
Urine-excretie |
t½ (uren) |
|
|
|
|
Ultrakortwerkende middelen |
|
|
|
Hexobarbital |
|
|
3-5 uur |
Thiopental * |
80% |
|
9 uur |
Kort- en middellang-werkende middelen |
|
|
|
Amobarbital |
40-60% |
|
|
Butobarbital |
|
|
40 uur |
Cyclobarbital |
70% |
2-7% |
8-17 uur |
Pentobarbital ** |
35-65% |
<1% |
4 uur en 35-50 uur |
Secobarbital |
30-45% |
5% |
30 uur |
Langwerkende middelen |
|
|
|
Fenobarbital |
20-60% |
10-30% |
-6 dagen |
* | - na éénmalige injectie, na 5 min. uit CZS geëlimineerd - wordt gemetaboliseerd tot pentobarbital - bij thiopental en bij pentobarbital neemt bij chronisch gebruik de halfwaardetijd toe |
** | - pentobarbital heeft een bifasische klaring met als t1/2: 4 uur en 35 - 50 uur - bij thiopental en bij pentobarbital neemt bij chronisch gebruik de halfwaardetijd toe |
NB Verslaafden kunnen hoge doses (en spiegels) verdragen, met forse onthoudingsverschijnselen.
Geen opmerkingen.
Kwalitatief/semi-kwantitatief
Benodigd voor het bepalen van de concentratie barbituraten:
medium | : 0,5 ml serum |
methode | : zie tabel 2 |
bepalingsduur | : zie tabel 2 |
therapeutische waarden | : zie tabel 2 |
toxische waarden | : zie tabel 2 |
Afhankelijk van de gemeten serumconcentratie wordt besloten of een tweede concentratie-bepaling nodig is.
Tabel 2: Bloedspiegelbepaling voor afzonderlijke stoffen.
|
Medium |
Methode |
Duur |
Volume |
Therapeutische Waarden |
Toxische Waarden |
Amobarbital |
Serum |
HPLC/GLC |
3 ml |
1 – 5 mg/l |
10 mg/l |
|
Barbital |
Serum |
3 ml |
10 - 40 mg/l |
60 - 80 mg/l |
||
Brallobarbital |
Serum |
3 ml |
4 - 8 mg/l |
10 mg/l |
||
Butobarbital |
Serum |
3 ml |
5 - 15 mg/l |
20 mg/l |
||
Cyclobarbital |
Serum |
3 ml |
5 –10 mg/l |
10 - 15 mg/l |
||
Fenobarbital |
Serum |
immun.1 |
20 min |
0,5 ml |
10 – 40 mg/l |
> 60 mg/l |
Heptabarbital |
Serum |
HPLC/GLC |
3 ml |
2 - 5 mg/l |
10 mg/l |
|
Heptobarbital |
Serum |
3 ml |
50 - 100 mg/l |
125 - 150 mg/l |
||
Methohexital |
Serum |
3 ml |
|
>10 mg/l |
||
Pentobarbital |
Serum |
2 ml |
1 - 10 mg/l |
10 mg/l |
||
Secobarbital |
Serum |
2 ml |
1 - 5 mg/l |
6 - 10 mg/l |
||
Thiopental |
Serum |
1 ml |
1 - 5 mg/l |
10 mg/l |
||
Vinylbarbital |
Serum |
3 ml |
5 - 10 mg/l |
15 mg/l |
specificiteit TDX fenobarbital: cross-reactiviteit van amo-, buta-, pento- en secobarbital 1-2%, cross-reactiviteit van overige barbituraten <1%. Cross-reactiviteit metaboliet p-Hydroxyfenobarbital 0,8 –6,8%.
Geen opmerkingen.
1. Absorptievermindering
Maagspoelen (bij patiënt in coma pas na intubatie); zinvol tot 1 uur na ingestie.
Toedienen van actieve kool en laxeren met natriumsulfaat (doseringen: zie tabel 3).
Herhaaldelijk toedienen van actieve kool is geïndiceerd (enterohepatische kringloop).
2. Eliminatieversnelling
Geforceerde alkalische diurese is obsoleet en gecontraïndiceerd vanwege de kans op longoedeem. Sommige barbituraten kunnen door middel van hemodialyse worden verwijderd. In tabel 1 staat vermeld bij welke plasmaconcentraties extracorporele eleminatietechnieken kunnen worden overwogen.
Tabel 1: Indicatie voor hemodialyse (HD).
Toxische stof |
HD |
Plasmaconcentratie |
Toxische stof |
HD |
Plasmaconcentratie |
Barbital |
|
150 –200 mg/l |
Pentobarbital |
18% |
30 – 40 mg/l |
Butobarbital |
|
60 –80 mg/l |
Primidon |
55% |
zie fenobarb. |
Cyclobarbital |
|
60 – 80 mg/l |
Secobarbital |
1% |
30 – 40 mg/l |
Fenobarbital |
33% |
150 – 200 mg/l |
Vesparax |
|
30 - 40 mg/l |
Hexobarbital |
|
30 – 40 mg/l |
Vinylbarbital |
|
30 – 40 mg/l |
NB. Percentages bij HD staan voor de fractie die verwijderd wordt in 4 uur met de betreffende eleminatiemethode.
3. Symptoombestrijding
Bij ademhalingsdepressie evt. kunstmatige beademing toepassen.
Vocht- en electrolytenbalans op peil houden.
Bij voortdurende hypotensie kan dopamine worden overwogen (doseringen: zie tabel 3.).
Tabel 3. doseerschema geneesmiddelen
geneesmiddel |
leeftijd (in jaren) |
dosering |
Bijzonderheden |
Actieve kool (Carbomix) |
> 12 |
50 g (1 flacon) |
evt. om de 6 uur 20 g |
Natrium sulfaat |
> 12 |
30 g |
concentratie drank |
Dopamine-hydrochloride |
|
Initiële infusiesnelheid: |
Infusievloeistof (concentraat): |
FGA Jansman, ziekenhuisapotheker, Isala klinieken, Zwolle
Dr H Kieft, internist-intensivist, Isala klinieken, Zwolle
-
versie 3 maart 2013: preparaat methohexital (Brietal) toegevoegd, incl. in table 2 bloedspiegelbepaling